Spelers die hun mond zelden vooraan hebben en binnen de lijnen exact doen wat van ze verwacht wordt. Je mist ze pas als ze niet staan opgesteld. Voormalig FC Groningen-aanvaller Jos Roossien past moeiteloos in dat rijtje en ook oud-FC Groningen-verdediger Antoine van der Linden is uit dat hout gesneden. Hij was bij alle clubs waar hij speelde een onbetwiste basisspeler, simpelweg door altijd voorop te gaan in de strijd. Maar de moeilijkste strijd die hij voerde vond niet op het voetbalveld plaats. Op 9 maart 2018 overleed zijn zesjarige dochtertje Nova nadat haar immuunsysteem was aangetast. En dat heeft impact.
Door: Merijn Slagter
‘Ik kan er nu goed over praten, want de dood hoort nou eenmaal bij het leven’, zegt Van der Linden. ‘We hebben alles wat binnen onze mogelijkheden lag gegeven om het tij te keren, maar het was ons niet gegeven. Dan móet je verder, want ik wilde voorkomen dat ons gezin ook uit elkaar zou vallen.’ Ruim drie jaar na die inktzwarte dag zit de Rotterdammer aan tafel in zijn woonplaats Emmen met een laptop voor zijn neus. Diverse voetbalwedstrijden uit de Keuken Kampioen Divisie, Spaanse Segunda División of Portugese Primeira Liga passeerden al de revue op het beeldscherm.
Het is de kunst om spelers te scouten waarmee FC Groningen denkt gericht te kunnen werken. De beste spelers plukt iedereen er wel uit
‘Sinds afgelopen seizoen ben ik actiever betrokken bij de scouting van het eerste elftal van FC Groningen en de Onder-21. Ik had daarover al eens van gedachten gewisseld met Mark-Jan Fledderus, die ik nog ken uit onze tijd bij FC Groningen en Heracles Almelo, en toen zijn we eens op pad geweest om spelers te bekijken. Sindsdien scout ik in zowel binnen- als buitenland spelers in een bepaalde leeftijdscategorie voor FC Groningen. Wes Beuvink attendeert me vaak op jongens en ik bekijk ze dan uitgebreid. Het is de kunst om spelers te scouten waarmee FC Groningen denkt gericht te kunnen werken, zodat ze nog beter worden en voor betere clubs interessant worden. De beste spelers plukt iedereen er wel uit.’
Geen profvoetbalmindset
Van der Linden is naast zijn werk als scout ook letselschadebehandelaar en commercieel manager bij Sincerus Letselschade. Een baan die goed aansluit op de studie bedrijfskunde die hij volgde toen hij nog maar net was doorgebroken in het eerste elftal van Sparta. ‘Ik had toen helemaal nog niet de mindset van een profvoetballer. Ik speelde altijd met de gedachte dat als het voetballend niets zou worden, ik altijd nog kon gaan werken. En dat is niet de ideale instelling.’ Sparta streed in die periode jaarlijks tegen lijfsbehoud in de Eredivisie en wist dat onder meer te realiseren door in 1999 via de nacompetitie op miraculeuze wijze met 0-3 te winnen in het Oosterparkstadion. Nog altijd een litteken voor veel FC Groningen-fans.
Ik zag het al gebeuren dat ik zou verEngelsen met een Engelse vriendin en Engelse gewoonten, echt niets voor mij
Het was één van zijn eerste kennismakingen met de club waar hij later terecht zou komen. Na drie seizoenen in de hoofdmacht van Sparta koos de Rotterdammer voor een buitenlands avontuur, toen het Engelse Swindon Town in 2000 op de kasteelpoort klopte. Van der Linden groeide als persoon aan de overzijde van Het Kanaal. ‘Ik zat daar alleen, want ik kende mijn huidige vrouw toen nog niet en dan ga je over dingen nadenken. Mijn zaakwaarnemer drukte me op het hart dat als ik wat van mijn voetbalcarrière wilde maken, ik daar alles voor moest doen en niet na een tegenslag meteen moest gaan zitten janken. Die omslag heb ik weten te maken en ik kan nu wel zeggen dat die periode in Swindon mij heeft gevormd tot de voetballer die ik uiteindelijk ben geworden.’
Op het verlanglijstje
‘Langer blijven had ook gekund, maar ik zag het al gebeuren dat ik zou verEngelsen met een Engelse vriendin en Engelse gewoonten, echt niets voor mij’, lacht de voormalige verdediger. Een telefoontje van FC Emmen-trainer Hennie Spijkerman zorgde ervoor dat Van der Linden terug naar Nederland kwam, een keuze die mede gemaakt werd omdat zijn moeder met haar gezondheid tobde. ‘Ik tekende een contract voor twee jaar, maar het had ook bij acht weken kunnen blijven. We speelden in de voorbereiding tegen OFI Kreta en die waren zo onder de indruk van mij dat ik via een Griekse restauranteigenaar in Emmen een contractvoorstel kreeg, omdat hij weer connecties met OFI had. Emmen wilde er niets van weten en dat vond ik ook prima. Ik had het in Emmen snel naar mijn zin.’
In Emmen weet Van der Linden zijn draai te vinden. Hij kan onder Spijkerman op een basisplaats rekenen, voetbalt goed en ontmoet in Emmen zijn huidige vrouw Leonie. Als assistent-trainer Ron Jans in 2002 naar FC Groningen vertrekt om hoofdtrainer te worden, komt de verdediger van FC Emmen ook meteen hoog op het verlanglijstje van de Groningers te staan. ‘Het lijntje werd vrij snel uitgelegd, want Groningen zat ook regelmatig bij ons op de tribune. In januari 2003 waren we al rond over een contract, waarna ik het seizoen erop zou aansluiten. Daar was ik trots op, want ik vond Groningen altijd een hele mooie club.’
Omslagpunt
In Groningen moet Van der Linden in het begin knokken voor zijn plek, maar toen hij die eenmaal had veroverd, verdween hij niet meer uit de basis. ‘In het eerste jaar, toen we onderin de Eredivisie speelden, leefde altijd sterk het idee dat we thuis de punten moesten pakken. Vaak verloren we twee uitwedstrijden achter elkaar en dan stond de druk er bij een thuisduel meteen vol op.’ Maar gaandeweg het seizoen 2004-2005 sloeg dat om, toen uitwedstrijden ineens ook gewonnen werden. ‘We beschikten over een goede mix van spelers, zoals Danny Buijs, Gijs Luirink, Gibril Sankoh, Paul Matthijs, Arnold Kruiswijk en Erik Nevland. Binnen én buiten de lijnen waren we een team. Daarmee kwamen ook de resultaten.’
Ik verzamelde de wekkers uit alle kerstpakketten, wond ze op en gooide ze achter de wasmachine van materiaalman Anton Lubben
‘Als je in het Oosterpark had gevoetbald en het stadion wilde verlaten, dan moest je altijd langs het Supportershome. Ik vond dat altijd mooi’, herinnert Van der Linden zich. ‘De sfeer bij Groningen was in mijn tijd goed, mede door de vaste supporters langs het trainingsveld en hun humor. Maar als het klote was, kwamen ze ook naar je toe om dat te vertellen. Ik vond het dan ook altijd mooi om een kijkje in het Supportershome te nemen. Sommige jongens moest je er bij wijze van spreken naartoe duwen, maar dat was bij mij niet nodig. Chris de Witte had het daar bijvoorbeeld moeilijk mee, weet ik nog. Die jongen kon verschrikkelijk goed voetballen, maar worstelde met blessures en kreeg voortdurend kritiek van fans, terwijl hij zich in het zweet werkte om fit te worden. Dan kan ik me voorstellen dat je het Supportershome liever even mijdt.’
In het veld mag Van der Linden dan geen speler zijn die erg opvalt, buiten de lijnen gebeurt dat wel. Menig ploeggenoot of staflid is tussen 2003 en 2007 weleens slachtoffer geworden van onvervalste Rotterdamse kleedkamerhumor. ‘Ik vergeet nooit dat we allemaal een kerstpakket kregen waar een wekker in zat. Toen heb ik de wekkers uit alle pakketten verzameld, opgewonden en achter de wasmachine van materiaalman Anton Lubben gegooid. Die man wilde altijd alles perfect doen’, lacht hij. ‘Toen kwam er opeens een partij klereherrie uit het materialenhok en Ron Jans kwam toen scheldend dat hok binnen, terwijl Anton wit wegtrok. Hij had een wat fors postuur, dus kon niet achter die wasmachines komen en die wekkers bleven maar jengelen. Wat hebben we toen gelachen. De sfeer was toen zo goed, zulke dingen kon iedereen goed van elkaar hebben.’
Goede herinneringen
Waar veel voetballers soms nog weleens in hun geheugen moeten graven om bepaalde seizoenen terug te halen, lepelt Antoine van der Linden momenten uit zijn FC Groningen-tijdperk op alsof ze gisteren nog hebben plaatsgevonden. ‘Ook van het eerste seizoen in de Euroborg weet ik best veel. Dat we die openingswedstrijd wonnen van sc Heerenveen was zo belangrijk, want daardoor voelt het meteen als je nieuwe thuis. Als ik nu in de Euroborg kom, voelt het ook nog steeds vertrouwd omdat ik er zoveel goede herinneringen heb liggen.’ Het eerste seizoen in de Euroborg wordt zelfs bijna gevierd met Champions League-voetbal, als Groningen in de eerste ronde van de play-offs AZ over twee duels verslaat, maar in de finale over twee duels nipt haar meerdere moet erkennen in Ajax.
Als ik later in een bejaardentehuis zit, heb ik het nog steeds over die Europese wedstrijden en de huldiging op de Grote Markt
‘We waren toen echt in vorm. AZ was favoriet, maar wij stuurden ze mede door een goal van mij met 3-1 naar huis en overleefden de return. En als Wesley Sneijder toen niet voor Ajax had gescoord een paar minuten voor tijd…’ Een stilte valt en Van der Linden lacht als hij eraan terugdenkt. ‘Tuurlijk, Ron Jans stuurde ons aan als trainer. Maar het corrigerend vermogen in onze eigen groep was sowieso hoog. De mix van die spelersgroep was toen ideaal. De Europese wedstrijden, de huldiging op de Grote Markt; ik vergeet dat nooit weer. Als je profvoetballer bent, wil je een mooie carrière, maar waar je ook bent: je voetbalt om supporters blij te maken. En dat is ons toen gelukt. Als ik later in een bejaardentehuis zit, heb ik het daar nog steeds over.’
Wennen op Madeira
Na vier seizoenen FC Groningen besluit Van der Linden verder te kijken als hij op 32-jarige leeftijd een nieuw contractvoorstel voor één extra seizoen krijgt. Te weinig, vindt hij. Die situatie drijft de Rotterdammer naar Portugal. Of beter gezegd het eiland Madeira. ‘Maritimo Funchal had een jaar eerder ook al belangstelling getoond, maar toen wilde Groningen nog een transfersom. Ditmaal was ik transfervrij. Het was m’n eerste buitenlandse club, de financiën waren goed, het klimaat en het eiland waren dik in orde en ook de competitie leek me interessant. Naar elke uitwedstrijd moesten we per vliegtuig, dus eigenlijk voelde het als een heel seizoen Europees voetbal spelen!’
Ik moest in het begin wel wennen op Madeira hoor. Ging je naar een afspraak, was je zo drie uur aan het wachten
Als zijn tweede seizoen in Portugal – en daarmee ook Van der Lindens contract – afloopt, moet hij voor een nieuw contract zestig procent salaris inleveren vanwege de economische crisis waaronder de club lijdt. ‘Leonie en ik hadden het daar zo goed naar onze zin dat we overwogen om dat te doen. Totdat Mark-Jan Fledderus, toen nog speler bij Heracles Almelo, belde en vroeg of ik er wat voor voelde om in Almelo te voetballen. We kozen toen voor zekerheid. Als die economische crisis er niet was geweest, was de kans groot dat we nog jarenlang op Madeira waren gebleven. Ik moest daar in het begin wel wennen hoor. Ging je naar een afspraak, was je zo drie uur aan het wachten. Maar dat verander je niet, dus nam ik bij een volgende keer maar een krantje mee en wachtte net zo lang tot ik aan de beurt was.’
Die ene dag in 2018
Via Heracles Almelo (drie seizoenen) en wederom FC Emmen verlaat Van der Linden het profvoetbal, om in 2014 nog anderhalf jaar in de Topklasse af te bouwen bij WKE. ‘Vanaf het moment dat ik Emmen als voetballer verliet, ben ik daar op de commerciële afdeling aan de slag gegaan als accountmanager, wat ik zo’n vier jaar heb gedaan.’ En zo lijkt de verDrentste Rotterdammer onbezorgd aan zijn maatschappelijke carrière te kunnen werken, totdat die ene dag in 2018 aanbreekt. ‘Ons dochtertje Nova (6) kreeg de ziekte van Pfeiffer. Dat hoeft niet direct iets ergs te betekenen, maar het triggerde een zeldzame immuunziekte bij haar. Ineens zag ik haar binnen korte tijd enorm aftakelen. Ons leven verplaatste zich daardoor naar het ziekenhuis.’
‘Wekenlang hebben we op de intensive cares van ziekenhuizen in Groningen en Leiden rondgelopen en tussen hoop en vrees gezeten’, weet Van der Linden nog goed. Aanvankelijk lijkt er hoop voor Nova, maar toch gaat het mis. Het overlijden van Nova laat een gapende wond achter in het gezin. ‘Het doet wat met je en je raakt getraumatiseerd’, vat hij samen. Het doet Leonie en hem dan ook goed dat alle voormalige clubs van Van der Linden hun steun betuigen in die periode. ‘Zoiets vind ik niet vanzelfsprekend en ik heb ze daar dan ook voor bedankt. Als voetballer is het je plicht om je best te doen en alles te geven wat je hebt. Als fans je dan als dank steun bieden in een moeilijke periode, geeft dat een ruggensteun om weer verder te gaan. Mede dat zorgt ervoor dat ik me bij FC Groningen altijd welkom voel.’
‘Ondertussen hebben we met Nikki nog een dochter gekregen en hebben we weer geluk en zonnestralen in ons leven. En die hebben we wel nodig, want de dood van Nova is nog altijd een inktzwarte bladzijde in ons leven’, gaat de oud-verdediger verder. ‘Ik zeg ook weleens tegen mensen: waar moet ik in de rest van mijn leven nog bang voor zijn? Ik heb de hel al gezien; het ergste wat je kunt overkomen heb ik meegemaakt. Nova was super atletisch, heel sportief, deed het goed op school en was heel sociaal. Ik voel mij bevoorrecht dat ik zes jaar van haar vrolijkheid heb kunnen genieten en ik kon in dat opzicht veel van haar leren. Door nu te zijn zoals zij was, eer ik haar de rest van mijn leven.’
Dit interview stond in de juni-editie van d’Olle Grieze. Meer van zulke verhalen lezen? Word dan lid van de Supportersvereniging en ontvang d’Olle Grieze viermaal per jaar thuis.