Vele wenkbrauwen werden gefronst in de voetballerij toen FC Groningen de 21-jarige Wes Beuvink afgelopen september tot hoofd scouting promoveerde. De geboren Oldenzaler was sinds 2019 in dienst bij de club als videoscout en heeft nu ‘het analyseren en planmatig aansturen van de scouting’ als zijn taakomschrijving. Een verdere kennismaking met een ambitieuze twintiger die samen met Mark-Jan Fledderus bij de club terechtkwam, maar altijd zijn eigen keuzes maakt en weg zoekt.
Tekst: Machiel Akkerman
De liefde voor het analyseren van voetbalwedstrijden zit diep bij Beuvink. ‘Al op mijn vijftiende werkte ik als bijbaantje bij SciSports toen dat eigenlijk nog in de kinderenschoenen stond’, aldus de ontspannen jongeling. ‘Toentertijd werkten bij SciSports denk ik zo’n twintig mensen. Nu is dat bedrijf uitgegroeid tot een wereldspeler die vele clubs bedient. Het was toen de bedoeling dat ik wedstrijden analyseerde, spelers volgde en op basis van data clubs adviseerde. Op die manier kwam ik in contact met Mark-Jan Fledderus. Die was toen al erg geïnteresseerd in data omtrent voetbal. Hij kwam graag langs op onze vestiging, speelde toen zelf bij Heracles Almelo en zo ging het balletje rollen. Bij een presentatie op mijn amateurclub Quick’20 kwam ik hem weer tegen en hebben we verder contact gelegd.’ Zelf speelde Beuvink bij de amateurclub uit Oldenzaal aardig mee, haalde het eerste elftal en was een jaartje actief in de tweede klasse. Maar scouting in het voetbal bleef zijn aandacht trekken.
‘Op wekelijkse basis begon ik een column te schrijven voor dagblad Tubantia met vooral tactische analyses over Heracles Almelo en FC Twente. Op een gegeven moment koos ik ervoor om mijn studie op te geven en mijn droom na te jagen: voetbalscout worden. Ik had de keuze uit meerdere clubs, maar na alles goed afgewogen te hebben, in overleg ook met mijn ouders, besloot ik voor FC Groningen te kiezen en deze kans met beide handen aan te pakken. Ik heb er geen seconde spijt van gehad.’
En zo begon hij als fulltime videoscout binnen het scoutingsapparaat van FC Groningen. ‘Het was mijn droombaan’, lacht Beuvink. ‘Per dag twee of drie wedstrijden kijken, rapporten opstellen en deze opslaan in onze databank. Andere collega’s houden zich bijvoorbeeld weer bezig met het analyseren van aangekochte data van allerlei competities. Daar rolt een profiel van een speler uit, waarnaar ik dan op zoek ga. Zo komt iemand op je radar. Heel belangrijk blijft het live scouten langs de velden zelf. We kopen nooit een speler die we niet zelf live aan het werk hebben gezien. Het is een dynamisch samenspel van de volledige scoutingsafdeling.’
Structuur bewaken
Door wat personele verschuivingen kwam de positie van hoofd scouting vacant. Fledderus twijfelde niet en overtuigde de club dat Beuvink de juiste man op de juiste plaats zou zijn om het scoutingsapparaat de moderne tijd in te leiden. ‘Ik was verrast, maar ook hier heb ik niet lang over na hoeven denken’, legt Beuvink uit. ‘Ik was vereerd dat de directie zoveel vertrouwen in mij had om mij deze positie aan te bieden. Het is aan mij om de structuur van de scouting te bewaken en deze planmatig uit te bouwen. Als hoofd scouting blijf ik zelf de nodige wedstrijden kijken, maar krijg er daarnaast dus een takenpakket bij. Dat is een grote uitdaging waaraan ik met heel veel motivatie begonnen ben.’
De Tukker had kunnen kiezen voor de veilige omgeving in Twente, maar koos bewust voor FC Groningen. ‘Vooral vanwege de potentie van de club en het verhaal van de nieuwe directie. Er zit echt heel veel rek in FC Groningen. Ik geloof dat het de doorslag geeft hoe graag je iets wilt. Écht wilt. Dus hard werken, doelen stellen en niet van je missie afwijken totdat je je doel bereikt hebt. Al die ingrediënten vond ik terug bij deze club.’ Beuvink woont inmiddels in Paterswolde met zijn vriendin, die ook een baan wist te vinden in Groningen. Hij staat tot 2023 onder contract bij de club. Zelf voetbalt Beuvink met wat streekgenoten in de zaal om het gevoel met de bal niet te verliezen.
Strand Larsen als voorbeeld
Het vinden van goede spelers voor het juiste budget vindt Beuvink de grootste uitdaging. ‘Het scouten is gemoderniseerd de laatste jaren. Elke club kan via het aankopen van het systeem WyScout alle competities ter wereld volgen. Aan ons de taak de data te verzamelen en live wedstrijden te bekijken om zo een speler in het vizier te krijgen die aan onze kernwaarden voldoet. De aankoop van Jørgen Strand Larsen is hiervan een mooi voorbeeld. We volgden hem al sinds 2017. De laatste onderhandelingen vonden plaats in Noorwegen, terwijl hij zelf in Almere een interland speelde voor Jong Noorwegen tegen Jong Oranje. Toen is het zo snel rondgekomen dat hij meteen de volgende dag naar Groningen is gereisd. Hij moest letterlijk met teammanager Edwin Bolt de stad in om wat eerste benodigdheden en kleren te kopen. Dan is het natuurlijk nog maar de vraag hoe hij zich acclimatiseert. Toen hij tegen Fortuna Sittard twee keer scoorde en ik in het stadion zat, gaf mij dat wel een boost.
Ook het steekspel rondom Alessio Da Cruz was opmerkelijk. ‘Hem hadden we ook al een stuk langer op de korrel, wel twee jaar denk ik. Mark-Jan Fledderus had ook al contact met hem gehad in het verleden. Als je er dan van overtuigd bent dat hij een meerwaarde is en je zo’n speler kan binnenhalen geeft dat een heerlijk gevoel. We waren in zijn geval ook net op tijd. Hopelijk kan hij zijn potentie bij ons echt gaan waarmaken.’ Beuvinks werkzaamheden bij de club stoppen eigenlijk nooit, verklapt hij. Ook thuis gaat regelmatig toch weer die laptop aan. Op zoek naar de volgende aanwinst die het potentieel van FC Groningen verder kan verwezenlijken.